Bas Congo - Ver weg en toch zo nabij

Congo Wiet Proesmans

Vele reizen heb ik al gemaakt. Voor het werk, en natuurlijk dikwijls ook voor mijzelf. Meer dan eens boekte ik puur uit avontuurlijkheid een ticket naar godweetikwaar. Zoals die keer naar Ulan Baatar. Die maand in Mongolië werd een van de mooiste reizen ooit. En Congo? Net als zovele andere Belgen droom ik er al jaren van om naar ‘de Congo’ te reizen. Het land trekt mij als een onzichtbare hand. Een ‘ticket naar Kinshasa’ heb ik echter op een vreemde manier nooit geboekt. Bij Bert Uyttenbroeck, zaakvoerder van Atlas Reizen, vond ik echter dezelfde Congodroom terug. Hij stuurde mij eind juni op weg, voor een eerste kennismaking. En wat voor een! Een kleine impressie.

 

Na veel gesprekken met oude en nieuwe Congoreizigers, beperk ik deze eerste keer tot Kinshasa en de Bas Congo. Ik heb immers slechts een week. Maar in die week ontmoet ik in de wijken van Kinshasa enthousiaste Congolezen (“Bonjour Papa!”); een riviertocht op de Congostroom brengt mij tot Mangengenge, waar de schrandere chef du village mij honderduit over het leven der nomadische vissers vertelt; net buiten Kin la Belle heb ik in het Lola ya Bonobo opvangcentrum een onvergetelijke ontmoeting met enkele zeer stoute bonobo’s; in het bruisende nachtleven van Werrason en Kofi Olomide zoek ik het dansend pasje van de fleurig uitgedoste ‘sapeurs’.

 

En route naar de monding van de Congostroom in de oceaan voert de reis ons langs de enige asfaltbaan die dit onmetelijke land rijk is. De banden van onze 4x4 zoemen blij. Onderweg worden we slechts gestopt door een werkploeg van Chinezen, en door enkele agenten die zich strategisch bij de obligate verkeersdrempels hebben opgesteld om geld voor een biertje te vragen. Na een kort bezoek aan de botanische tuin van Kisantu en een prachtige rit door het glooiende landschap, wacht de charmante havenstad Matadi. Niets smaakt zo goed als een frisse Primus op een terrasje langs de hoofdweg, met op de krakende TV Italië-Duitsland. De Matadiens zijn grotere voetbalfans dan ik, maar die weddenschap heb ik toch maar mooi gewonnen.

 

Na een bezoek aan, of misschien zeg ik beter in, de impressionante krachtcentrales I en II op de Inga Dam, vind ik in Boma typische beelden van vergane koloniale glorie.  Net als het standbeeld van Kasavubu Iijkt de tijd er stil te staan. Al bewijst de nieuwe internetserver die ‘s lands aansluiting met het WereldWijdeWeb moet verzekeren dat alle schijn bedriegt.

 

Een bezoek aan Nieuwe Jerusalem in  het afgelegen Nkamba, bedevaartsoord voor de Kimbanguistische kerk,  is misschien wel het meest Congo Congo van de hele week. Ik mag er op audiëntie bij Eminence Simon Kimbangu Kiangani de achterkleinzoon van de profeet Simon Kimbangu.  Een hele eer. ’s Avonds wordt het een hartelijk weerzien met een familie volgelingen uit Vilvoorde. Vlaanderen is ver weg, en toch zo nabij.

 

’s Ochtends is het alweer tijd om de weg naar Kinshasa aan te vangen. De piste heeft diepe putten, de weg naar de N’djili luchthaven staat meer stil dan hij rijdt. En zo vertrek ik met het volle besef: tijd is hier bij uitstek relatief. En daarom voor elke reiziger ook een essentiële noodzaak. Ik zal nog eens ‘moeten’ terugkeren, als ik daarvan weer genoeg heb gespaard. Ik weet nu tenminste al, waar Kinshasa ligt.

 

Congo. Een land waar veel vrienden en kennissen geboren en getogen zijn. Waar wij als Belgen zo’n historische en emotionele band mee hebben. Het heeft een torenhoge drempel voor zijn reis-deur. Waar komt die toch vandaan? Wellicht voedt de jarenlange negatieve berichtgeving in de pers het imago van ‘onveilige’ bestemming. Of misschien versterken de vele straffe verhalen van zij die er wel ooit woonden of naartoe reisden die idee van ‘onmogelijkheid’.  Niets blijkt minder waar.

 

Congo is een prachtig land. Het overgrote deel van Congo is veilig te bereizen en bovenal, de Congolezen zijn een warm en gastvrij volk. Wel is, voor een enorm land als Congo, met zovele natuurlijke rijkdommen en zo’n kleurrijke volkeren, de toeristische sector zo goed als niet bestaande. Transport- en accommodatiefaciliteiten zijn zeer basic en omgekeerd evenredig geprijsd. Hier geen luxe eco-lodges, geen uitgebouwde safari’s. Wel pure exploratie en expeditie van de bovenste plank!

 

Met dank aan Jo Fransen voor de mooie foto's.

 

Ook interessant?



Andere artikels die je misschien ook interesseren:

Botswana - Op avontuur in de Afrikaanse bush

Botswana    2024   Beatrice Mattelaer

Met klein vliegtuig en helikopter reizen we naar Selinda. De 'scenic flight' tovert het dorre landschap razendsnel om tot weelderig groen. Maraboets vliegen op, giraffen strekken hun nek. Op de airstrip wacht een canvas lounge met een frisse Gin en Tonic. Per 4x4 gaan we naar de lodge aan de rivier. Bij schemering zorgen petroleumlampen op de houten brug voor...

Botswana - Per kano langs de Selinda Spillway

Botswana    2023

De Selinda Spillway, het natuurlijk kanaal dat de Okavango delta verbindt met de Linyanti Swamps, was jaren onbevaarbaar. Tot in 2009. Toen brachten tektonische bewegingen van de Grote Slenk (The Great Rift) voor een keer ook iets positiefs teweeg. De 'spillway' maakt sindsdien zijn naam weer waar. Tijdens het regenseizoen is hij terug, tenminste toch per kano, over zo'n 45...

Zuid-Afrika - 16-daagse winter escape

Zuid-Afrika    2023   Beatrice Mattelaer

• 16-daagse reis langs afwisselende landschappen
• Heerlijke winter escape
• Klemtoon op natuur en culinair genieten


Een land kan niet veel diverser zijn dan Zuid-Afrika. Een overvloed aan nationale parken en wildlife, verbluffende uitzichten en een uitstekend culinair aanbod maken Zuid-Afrika tot de perfecte vakantiebestemming. In onze winter geniet je er van lange en zonnige dagen.


Dag 1 - 2/ Brussel – Johannesburg (-,-,-)

Dagvlucht naar...

close
close